AlsDanToch
  • Home
  • Blog
    • Latest post
    • All posts
  • Books
  • Join the fight
  • Whowhatwhy
  • Zoek
  • Menu

Gedenkplaats

Laat een bericht achter op de gedenkplaats van Garmt:

https://www.memori.nl/gedenkplaats/garmt-van-soest/

Doneren

Geef een bijdrage om de film over Garmt te kunnen realiseren. Voor Zoë.

https://www.doneeractie.nl/garmt/-4282

ALS Dan Toch

Garmt was experiencing ALS – so you don’t have to!

Go to the English site

English visitor? Click here!

Blog

De persoonlijke verhalen van Garmt

Book

Van papier, tastbaar, brandbaar, wow!

Join the fight

Kick ALS in the balls, doe mee!

Whowhatwhy

Wie ben ik en alles wat nergens anders past

Heb jij ook ALS? Klik hier!

Latest post

You want it Darker

24/01/2017/22 Reacties/in Updates /door garmt

“I wrestled with some demons, they were middle-class and tame,” zingt Leonard Cohen in het titelnummer van zijn laatste album. Hij gaat beduidend te ver. Zijn inzicht in het menselijk tekort, de langdurig ontwikkelde gave om al het lelijke zo eerlijk te bekijken dat het schoonheid wordt, de troost die hij gaf door je te begrijpen, de realistische nederigheid die uit elke porie gutste, zijn inspirerende levenswandel, zijn transparante ego, alles wat hij in zijn muziek wist samen te brengen, allemaal prima, maar Leo, jouw demonen waren niet tam of middelmatig. Valse bescheidenheid.

Ik projecteer, natuurlijk. We hebben het zennie-schap gemeen, en iedere oude man die het een paar jaar uithoudt in een zen-klooster (hij grapte er zelf over dat het klooster, gevestigd in Californie, zo streng gerund werd door de Japanse Meester en een Duitse hoofdmonnik dat het leek op een wraakactie voor de Tweede Wereldoorlog) worstelt m.i. niet met tamme demonen. Nee, het soort mensen dat Zen serieus neemt, zoekt binnen en buiten de engste, grootst mogelijke draken uit om ruzie op leven en dood mee te schoppen, voor de lol of omdat het kan of juist omdat ze niet anders kunnen.
Zei mijn ego, zichzelf bewonderend in een lachspiegel. Verder is You want it Darker een best OK album. In ieder geval ververuit mijn meest beluisterde plaat van 2016. Alweer bedankt, Leonard.
Wat volgt is een ramptoerismerelaas. Zondagnacht kon ik alweer niet slapen en schreef dan maar in m’n hoofd, als journalist mijn eigen gedachtenstroom gadeslaand, een statusoverzichtje van deze fase in mijn Untergang. Het kunnen niet allemaal idyllische mooischriftjes zijn, wat ik schrijf. Ik zou het zelf niet lezen, dit, ik kan me niet interesseren voor iemands wereld die zo klein is dat triviale prutsdingetjes megabelangrijk worden.
Zondagnacht, 02.00u, mijn gebruikelijke bedtijd. Na anderhalf uur avondritueel is mijn lichaam bekaf, dus ik zie uit naar dromenland. Niks hoor. Pardon? Ik ben een kei in slapen. In de bus, wachtend op de bus, tijdens het opstijgen, colleges, vergaderingen, autorijden, zelfs een keer tijdens een 1-1 gesprek, zelfs, voor gevorderde slapers, in lotuszit met kaarsrechte rug, in gezelschap van monniken, noem het maar mediteren 2.0, zonder te snurken of om te vallen, ik wil maar zeggen, geoefend slaper ben ik zeker. Dat was echter toen ik mijn brein nog achtien uur per dag nonstop keihard afbeulde. Nu is mijn lichaam bekaf maar zijn mijn hersenen klaarwakker. De verslechtering van mijn ogen is de oorzaak, realiseer ik me na het eerste slapeloze uur. Spuit elf, de insomnia teistert me al weken. Overdag kan ik me niet genoeg uiten, ik ben door een ondergrens van minimale communicatie gezakt, zodat mijn gedachten ophopen. Het rottingsproces van die hoop houdt me wakker. Vicieuze cirkel, want minder slaap is nog minder oog functionaliteit overdag (vandaag, toen ik wilde gaan schrijven, heb ik gewacht van 12-19, gewoon gewacht, tot mijn ogen weer iets deden – nuttige dagbesteding, maarja, ik kan letterlijk NIETS anders).
Zondagnacht, 03.00u. Erg wordt het pas als ik me besef dat dit een tijdelijk probleem is. Je brein is een spier, dit zijn stuiptrekkingen, hij wordt vanzelf slapper als je hem niet gebruikt. Na een vakantie ben je toch ook tien IQ puntjes kwijt? Misschien is een sesshin de oplossing, lekker keihard tien daagjes mediteren? Hm, sesshin wordt wel het vasten van de geest genoemd, goed plan als je al uitgehongerd bent. Dan maar even peinzen over de dagelijkse problemen.
Zondagnacht, 04.00u. Bijvoorbeeld, zal ik een antidepressivum gaan gebruiken? De afgelopen jaren heb ik dat strikt genomen al gedaan. Ik kreeg een lage dosis amitryptiline (of amitriptilyne?) omdat het kwijlen tegengaat als bijwerking. Volgt u? Ik nam dus een antidepressivum vanwege de bijwerking “droge mond”. Nog een bijwerking was wazig zicht, dat was ik wel zat, dus heeft een radioloog recent mijn speekselklieren doodgestraald. Droge mond gegarandeerd, dus cold turkey gestopt met die kutpillen. Het was toch een minimale dose die niet echt wat deed. Nu kan ik in ieder geval helder zien. Sinds het stoppen voel ik me wel een geheel nieuw niveau van kut, echter. Ondraaglijk, eigenlijk. De omstandigheden zitten ook totaal niet mee, dus is het nu … Bah. Niet boeiend. Ten eerste niet intellectueel uitdagend, tien minuten denken en vier uur email schrijven. Ten tweede, niet interessant. Ik schrijf over onzinnige, kleine prutsonderwerpjes omdat ik me niet kan bezighouden met interessante dingen.
Jup. Dit is waar ik mee te dealen heb. Jij kunt tenmiste nog stoppen met lezen.
Zondagnacht, 04.30u. Pijn in mijn enkel, dat houdt me nu wakker. Vijf weken lang in het gips, iedere week verversen, intensief klusje om mijn voeten die scheefgegroeid zijn weer recht te krijgen, zodat ik nog op eigen benen in de stalift kan staan. Goed voor een lolletje: de foto van mijn gipsbenen op Facebook, met onderschrift “Dat krijg je van skiën als bijna-volledig-verlamde!” overtuigde iedereen. Heh. Tja, nu vooral gewrichtspijn en drukplekken. Gedoe.
Zondagnacht, 06.00u. He, ik heb een uurtje geslapen! Ik let even niet op en gaap. Dom. M’n kaak klapt dicht, lip ertussen. Als jij, lezer, op je lip of tong bijt, laat je uit reflex snel los, AUW! Ik bijtspasme harder, van de pijn, en harder, en harder, tot mijn kaakspieren moe worden of iemand mijn mond openwrikt. Bijtspasmen gebeuren gelukkig niet zo vaak, alleen als er met een plastic slang in mijn luchtpijp geroerd wordt wil ik nog wel eens per ongeluk mijn tong transformeren tot tartaar. Hooguit vijf keer per dag dus. Kom, laten we de verzorgster bellen, tijd om mijn lip te bevrijden. Ze slaapt vast niet, de afgelopen uren heb ik haar elk half uur gebeld om slijm uit mijn longen te zuigen. Ook een recente ontwikkeling, vorig jaar sliep ik slijmvrij. Het feest wordt steeds groter en grimmiger.
Zondagnacht, 07.00u. Spasmen. Ontspannen is een actief mechanisme, je bovenste motorneuronen moeten “Hé, kappen nou!!” schreeuwen tegen je onderste motorneuronen. Dat verklaart waarom mijn yoga-guru altijd zei: “Ontspannen, het geeft zoveel stress.” Anyway, mijn bovenste motorneuronen willen niet meer zo. Momenteel spant alles wat nog niet dood is zich maximaal aan. Kon ik dit maar bewust. Het doet pijn, maar hey, ik zou nu elke planking-competitie met gemak winnen, dat dan weer wel.
Zondagnacht, 08.00u. Gekte. Ik kan niet slapen als mijn rechter grote teen op de linker ligt. Ook niet als er een rocheltje in mijn adembuis klinkt. Neurotische trekjes, teken van een geest in verval. Meer mediteren, misschien? Ik zet het op de todo-lijst.
Zondagnacht, wat zeg ik, maandagochtend, 09.00u. Goedemorgen! Het begin van weer een klotedag gevuld met klotemomenten. Ben je goed uitgerust om het aan te kunnen?
Ik hoop op verbetering, die uitblijft. Wanhoop, huilbuien, pijn, gedoe en ongemak, het is allemaal teveel voor me deze week. Zaterdagavond vraag ik een van mijn vele favoriete verzorgsters: “Zeg eens, Brenda, dat dit tijdelijk is, en dat dit nog niet het einde inluidt?”
Ze antwoordt trouw aan haar geweten.
“Brenda, lieg!”, is het enige dat ik uit kan brengen.
Ik bekijk mijn mogelijkheden. Die verstoppen zich erg goed. Ik kón vroeger alles, meer dan iedereen. Hoor je dat schrapende geluid? Dat is de spade, die rock bottom treft. Dit is het. This is it.
…
Als alles zo ellendig is, waarom stap je er dan niet uit? Goede vraag. Ik kan er gelukkig een beetje boos over worden, want ik haat het om in een land te wonen met een nationale euthanasieweek. Dat maakt dat ik me nog steeds voel alsof de vraag an sich mijn recht om door te leven ter discussie stelt. Maar dat terzijde. Inderdaad, ik hoef dit verhaaltje maar naar de huisarts te sturen, zie, ondraaglijk lijden, doet mijn eenmaal eufemismetje zelfmoord. Het overrulen van mijn overlevingsinstinct is zo gepiept.
(ondraaglijk, waar heeft die knul het over? inderdaad, lijden is een uiterst subjectief begrip)
Ik sluit niet uit dat ik ervoor kies, maar weet je, ik vind ondraaglijk lijden eigenlijk geen reden voor euthanasie. Het hele leven is namelijk ondraaglijk lijden. Het is meer, het leven is ook een zee van liefde, maar ook ondraaglijk lijden. Je kunt je er redelijk goed voor verbergen, hul jezelf in een wattedekentje van comfort, maar als je wilt ontsnappen aan het kleine stemmetje dat maar blijft fluisteren dat je niet echt helemaal volledig leeft, dan ontloop je misschien toch iets. Ja, ik preek weer, sorry. Punt is, ik ben ook nog niet klaar met lijden. Kom maar.
Nee, dit verhaaltje is geen (laatste) noodkreet. Het is de zoveelste keer dat ik probeer in het bodemloze ravijn te kijken voordat ik erin tuimel of spring. Misschien gaan nieuwe antidepressiva me uit de put tillen, misschien graaf ik dwars door rock bottom heen naar China. Ik leun nog even lekker tegen de wind in die opstijgt uit het ravijn, ook van je dood moet je een mooie ervaring maken. Alleen – de brieven voor Zoe zijn nog niet af. Even terugschuifelen van die rand, dus, egoïstische doodkokketteerder. Je moet aan de slag, stop met zeuren en geef jezelf een schop.
We kill the flame.
http://alsdantoch.com/wp-content/uploads/2016/02/ALS-dan-toch-logo2-300x138.png 0 0 garmt http://alsdantoch.com/wp-content/uploads/2016/02/ALS-dan-toch-logo2-300x138.png garmt2017-01-24 17:51:262017-01-26 20:15:23You want it Darker

Live and let Die

24/12/2016/23 Reacties/in Updates /door garmt

Ik neem afscheid van het leven in stukjes en beetjes, al sinds mijn diagnose. Twee jaar na de diagnose kwam mijn eerste boek uit. Bij verschillende interviews werd me gevraagd wat de boodschap van m’n boek was. Hm, shit, nooit over nagedacht. Ik koos voor een gebezigde term: LEEF, GVD! Anita Witzier vroeg wat de boodschap van het tweede (tevens laatste) boek zou worden. Duidelijk: STERF, GVD! De een kan niet zonder de ander. Ik leende al eerder een zenmeester-uitspraak: “De kunst is om te willen leven en tegelijk bereid zijn om te sterven.”

Ik neem afscheid van het leven in stukjes en beetjes. Ik heb al een paar keer onbedoeld sommige naasten en lezers het gevoel gegeven dat het voorbij was. Een aantal namen afscheid en waren verward toen ik koppig doorleefde. Het verraste en verwarde mij ook. Sorry. Koketteren met de dood is onsmakelijk.
Leven, dat kan ik zo onderhand wel. Ik doe het nog volop. En sterven?
Sterven is een proces, doodgaan een moment. Doodgaan is heel eenvoudig, iedereen kan het. Sterven is andere koek, heus. Sterven is afronden, teruggeven voordat het uit je handen gerukt wordt, vrede bereiken. Ja, vrede, als je niet meer vecht, maar berust: ’t is prima zo. Relifreaks zouden zeggen, als niet mijn maar Uw wil geschiedt. Sterven is ook een startpunt: je kunt pas echt leven als je goed kunt sterven.
Mijn einde nadert. Het kan gerust nog tien jaar duren, maar het dringt eindelijk tot me door dat het eind in zicht is. Dat komt door het slechter worden van mijn ogen, dat beperkt mijn communicatie. Vergeleken met vorig jaar krijg ik nu in een dag amper een derde zoveel letters uit mijn ogen geperst.
Ik stel me zo voor dat ik nog drie kuubskisten gevuld met letters te besteden heb. De meeste van jullie hebben nog een hele graanschuur vol, zoveel dat je je nog niet eens kunt voorstellen dat ze ooit opraken. Ik heb geen idee hoeveel letters er in een kuubskist zitten. Veel, vast, maar niet oneindig veel. Ik weet wel dat ik zeker de helft nodig zal hebben om te overleven: zorgverleners instrueren, doktersafspraken maken, etc. De rest gaat grotendeels op aan leven: genieten van gesprekken, mijn sociale leven in stand houden, nuttig en zinvol zijn, etc. Als ik niet uitkijk hou ik geen letters over om te sterven: een goed testament, brieven voor Zoë, m’n tweede boek, etc. Ik zit in de fortuinlijke positie dat ik kan/mag sterven voor ik doodga. Kom daar maar eens om als je geschept wordt door een stadsbus met een SMS-ende chauffeur.
Het blijft natuurlijk klote, bezig zijn met je dood, hoe blij je het ook aanpakt. Neem nou mijn grafsteen. Waar ik kom te liggen, mogen geen grafstenen. Jammer, want Paul had er een prachtig idee voor. Ik besprak het met Otto, mijn vader, die met een ondeugend twinkeltje in zijn ogen een (Tom Poes, verzin een) list verzon die het haalbaar maakte. Peter, de geestigste en beste goudsmid ter wereld, realiseerde het, et voilà: een kunstwerk! Blijblijblij! Nieuwsgierig? Mooi. Het echte verhaal hoor en krijg je op de begrafenis. Oja, shit. Als ik dood ben. Bah.
Effe een ademparagraafje. Ooit was er een TV-programma, Keek op de Week. Kees van Kooten en Wim de Bie namen via typetjes de hele maatschappij op de hak. Een keertje was er een scene met Kees als zichzelf. Hij kwam aanrijden op een motor, zijn motor. Hij stapte af en legde bedremmeld uit dat hij die motor eigenlijk nergens voor nodig had. “Mijn vrouw weet dat, dus ik heb gezegd dat hij nodig is voor het programma. Ja, daarom deze scene, dus. Ik hoop dat ik volgende week weer iets verzin.” Einde scene.
Ik heb drie verschillende LP’s van Kind of Blue gekocht. Niet eens verschillende uitvoeringen, alledrie gebruiken dezelfde opnames uit ’59. Verschillende masteringen. Iris, ik heb ze nodig voor m’n blog, heus, kijk maar, ik schrijf erover!
Ach, was een huwelijk maar zo eenvoudig.
Zoë zat laatst op schoot. Mijn ademslang kwam los. Ik schrok omdat ze het altijd eng vond, het lawaai en het gekrioel van de losse slang. Mijn schrik bleek ongegrond. Lieve Zoë pakte de slang, zette hem terug op mijn canule en zei, “Alsjeblieft.”
Toen ik drie was, jatte ik de autosleutels en startte onze Simca. Zoë benut haar talenten beter, gelukkig.
Een andere keer zat ze op schoot, wachtend op de fles. Ze synchroniseerde haar ademhaling met de mijne. No small feat, want ik adem heel snel, bijna hijgen. Ze wreef haar knuffel langs haar neus, een typisch Iris-trekje.
Zoë is de enige tweejarige ter wereld die geduldig wacht als haar papa tergend langzaam een vraag of antwoord tik … tik … tikt. (niet altijd)
Die stukjes had ik even nodig, want net voelde ik voor het eerst hoe het echt is om opgesloten te zijn. De periodes dat mijn ogen niet meewerken worden steeds langer. Periodes waarin schrijven of een gesprek onmogelijk zijn, zoveel concentratie en frustratie kost het letterbeitelen. Vorig jaar tikte ik elke dag twaalf uur non-stop met een vliegend tempo… Ach, misschien is het gewoon vermoeidheid, ik zit elke dag maar naar die monitor te turen. Mijn ogen proberen me te vertellen dat ik meer naar buiten wil, dat ze een weekje alleen natuur willen zien. Ik hoor ze maar luister niet. Waarom doen we willens en wetens dingen die slecht voor ons zijn? (dat was een rhetorische vraag, niet te verwarren met een hypothetische (kom, klik ff))
In dankbaarheid komen leven en sterven bij elkaar. Dankbaarheid als emotie geeft energie, geluk, verlicht. Dankbaarheid als handeling pauzeert, maakt de dankbare eventjes bescheiden. Danken is niet egoistisch, misschien sterft het ego zelfs even om ruimte te maken. Waarvoor? Jaha, voor iets anders. Geen wonder dat zennies buigingen maken, christenen op hun knieën bidden, moslims zich klein maken op een gebedskleed. Ahem. Of dat je gewoon “Merci!” zegt bij het afrekenen.
In dankbaarheid komen leven en sterven bij elkaar. Dat was eigenlijk waarom ik deze post begon, dankbaarheid. Ik drijf op een zee van liefde, gedragen door 10.000 handen. Echt, tienduizend? Nou, ongeveer. Aan het eind van het eerste boek had ik een klein dankwoord voor alle professionals die meewerkten aan de strategische strijd tegen ALS. Toen kon ik iedereen nog wel op een of twee pagina’s persen.
Ik begon te inventariseren welke personen ik zou willen bedanken voor hun steun, om het tweede boek mee af te sluiten. Serieus, alleen de namen vulden al een hele pagina. Als ik dat ga uitwerken … Bij de meeste namen kom ik nog weg met een enkele regel. Bijvoorbeeld: Dolf gaf zijn sesshin in Vught op om bij mij thuis te sesshinnen, drie of vier? keer. Nog even nazoeken hoe vaak. Nienke kwam maandenlang elke maandagochtend privé-yogales geven, tot ik het echt niet meer kon. Sommige namen krijg ik nauwelijks in een zin geperst: Daan, verpleegkundige, maakte belangeloos een weekend weg én een vakantie in Engeland mogelijk door mee te reizen en het werk van drie verzorgers in haar eentje te doen ofschoon ze mij zo goed als niet kende. Eigenlijk doe ik haar daarmee te kort. Ze kan inmiddels (!) ook een prima bosvruchtencoulis maken.
Het wordt lastiger als je bij mensen zoals Martijn of Paul of Menko belandt. Ik kan alleen al een blog pennen over hoe onze vier partners een weekendje weg ubergeweldig voor mij maakten, door mijn tranen weg te vegen, me mijn hart te laten uitstorten, me keer op keer warm welkom te laten voelen, of door de enige te zijn die ziet hoe ik me echt voel.
Recht doen aan de bergen die voor ons verzet zijn door, ik noem er willekeurig drie, Trudie (privekapster, papadagenfacilitator, waardig ruziemaakster), Pieter (Sivert schreef Into the Sea op zijn lijf, specifiek, een regel) of Reneke (ze achtervolgde me vanuit Nieuw Zeeland naar het strand van Tarifa, en dat was pas het begin) is schier onmogelijk. Jiska, mijn andere zus, gaf me bij toeval een moment dat ik kon vangen in een verhaaltje, waarmee in ieder geval een snufje van de steun die zij bracht gevangen kon worden. Nee, al had ik honderd kuubskisten met letters, mijn dankbaarheid volledig beschrijven is onmogelijk. Af en toe probeer ik het toch.
Wat ik wil zeggen, het beeld dat ik wil schetsen, is … Een gigantische rijkdom. Een hoorn des overvloeds van liefde en mooie momenten. De zee van liefde. Ik heb zo ontzettend veel om dankbaar voor te zijn, ’t is bijna schunnig. Mijn paarse meditatiekussentje, bijvoorbeeld, heeft me zo ontzettend veel gebracht. Gautama Buddha leerde me over 83 generaties heen eerst te leven en nu te overleven. Als je het kunt zien is er zoveel schoonheid, overal, dat je wel móet doorleven, 100%.
Wederom vraag ik me af: is dit echt? Mijn dagelijks leven is gevuld met rotzooi, frustratie, pijn, machteloosheid, boosheid, verdriet, klotezooi. Is schrijven over een zee van liefde en schoonheid niet ontzettend hypocriet? Nee. Die zee is er, continu, altijd, zoals de maan. Ik hoef er maar naar te kijken om het te zien. Soms vergeet ik het. Eraan herinnerd worden gebeurt als Lisanne me kust, Juel me aankijkt, Miga me vasthoudt, Rembrandt met Flore langskomt, Zoë bestaat, en zo kan ik tien pagina’s doorgaan. Ze vullen me, zodat ik het even later weer eruit kan huilen (bah).
Niemands leven is makkelijk (het jouwe wel? dan laat je iets liggen) en bij tijd en wijle voelt iedereen zich eenzaam, verdrietig, klote, mislukt. Je hoeft maar herinnerd te worden aan alle schoonheid in je bestaan om weer uit je dal te klimmen. Kijk om je heen, deze Kerstige pretdagen, en sterf van de liefde.
Deze blog is vertaald in het Engels door https://uitdekunst-vertalingen.nl/vertaler-nederlands-engels.
http://alsdantoch.com/wp-content/uploads/2016/02/ALS-dan-toch-logo2-300x138.png 0 0 garmt http://alsdantoch.com/wp-content/uploads/2016/02/ALS-dan-toch-logo2-300x138.png garmt2016-12-24 12:14:592017-03-24 21:18:05Live and let Die
Pagina 6 van 80«‹45678›»

Full story

Klik en koop!

ALS DAN TOCH - Laatste Boek - Garmt van Soest

ALS DAN TOCH

(LAATSTE BOEK)

Dit tweede – en laatste – boek schreef ik grotendeels afhankelijk van beademing en knipperend naar het toetsenbord van mijn computerscherm. Mijn lijf lam, maar mijn geest glashelder. Vol ophopende gedachten, want schrijven ging steeds moeizamer. Het gaat over uitrazen en neerstorten. Over leren genieten van het genot van anderen, naakt en weerloos betast en bepoteld worden, tot last zijn en me daar schuldig over voelen. Over de opbeurende lyrics van Nick Cave en Skunk Anansie. Over voortleven – in anderen.

Doodgaan is heel eenvoudig, een moment, iedereen kan het. Sterven is andere koek. Sterven is afronden, teruggeven voordat het uit je handen wordt gerukt, vrede bereiken. Maar het is ook een startpunt: je kunt pas echt leven als je goed kunt sterven. Dus STERF, GVD!

Overtuigd? Klik hier om ’m te kopen

ALS DAN TOCH

(EERSTE BOEK)

Het eerste boek van Garmt van Soest.

ALS DAN TOCH is de herziene, gereviseerde, van taalfouten ontdane en van meer dan honderd voetnoten, een voor- en nawoord, en een extra appendix voorziene bundeling van zijn blogposts.  Garmt vloekt, tiert, vecht, wint, zucht, huilt, breekt, hoort, ziet, voelt en deelt. In krachtige taal en rake bewoordingen vliegt het boek je haarscherp en loepzuiver naar de strot.

Dus hop. Met een paar luttele drukken op de knop, een makkie voor wie geen ALS heeft, ligt dat spiksplinternieuwe boek binnen twee dagen naar je te lonken op de deurmat.

Overtuigd? Klik hier om ’m te kopen

Klik en koop!

Geen fan van papier? Lees alles online, hier!
Ik heb het boek al en wil gewoon de extra content zien.

Voor wie is het boek?

Het boek is uiteraard voor wie gewoonweg geen genoeg krijgt van zijn blog, maar ook voor hen die onder een steen geleefd hebben en pas net op de hoogte zijn van het feit dat er überhaupt zoiets bestaat als de blog van Garmt. Het is ook voor een ieder die inmiddels een muisarm heeft ontwikkeld van het vele doorklikken op de website en natuurlijk voor de vrienden van de oude stempel, die het ouderwets geil vinden om een potje aan ècht papier te snuffelen tijdens het lezen.

ALS DAN TOCH is voor iedereen die Garmt en de stichting ALS een warm hart toedraagt. Want uiteraard gaat de uitgeversopbrengst van het boek naar de stichting ALS. Vooruit, en de royalties gaan naar dochter Zoë. Dus je doet met het kopen van het boek niet alleen jezelf of je moeder een groot plezier, maar maakt tegelijkertijd de wereld een klein beetje mooier.

Win-win.

Zijn beschrijvingen zijn scherp. Geestig. En eerlijk.

Volkskrant

“...wrange humor en stoere vechtlust…”

Algemeen Dagblad

"Een boek waar alles inzit."

Jeroen Pauw

dadablblblblrrrr, die!!!!!??!

Zoe L. van Soest

Join the fight

Hello, dear reader. ALS is currently incurable, but I’ll be fucked if I’m taking this lying down. I’m also trying to be realistic about this, but still, a bit of a battle does a person good every now and then. The fight I’m fighting is summed up pretty neatly here in this video (februari 2014).

There are a few ways you can help out with a small donation:

232Km in 2016

Sponsor James Faust as he participates in 4 races in 4 countries to raise money toward research.

While I swim, bike, and run, you can show your support by donating.

Project Mine

The biggest genome research project known to date. My biggest bet that we’ll find the cause. Once that is known, we at least know what we’re shooting for.

Stichting ALS

Of course, the big constant factor is the Dutch Stichting ALS; they welcome your annual donation; small or big.

Your idea here?

Are you swimming, cooking, cycling or walking against als? do you know someone who is a millionaire and wants to make money? Mail to info@qurit.org or press the button.

Sponsor James Faust
Visit Project Mine
Visit Stichting ALS
Contact Me

My friend who’s really on top of the fight is Bernardus Muller and you can find him on https://twitter.com/BernardusMuller. His twitter feed is the best place to hear what’s going on with ALS. If anything can be done or if we or someone else have managed to achieve something, you’ll hear about it from him first.

Follow the latest updates on ALS

Who?

Garmt van Soest

Garmt van Soest is a versatile manager with a strong background in business strategy and technology. He has advised Fortune 500 companies in the US and Europe since 2000. Garmt joined Accenture in 2010 as a Senior Manager in Strategy where he has been leading engagements in different industries, solving complex problems, advising on strategic direction setting and leading organizational transformation programs. Since his diagnosis with ALS his full-time job is to fight this disease with everything he and Accenture can muster.

Do you have ALS yourself? Click here!

Pers

Volkskrant

Ik ben niet gek of dronken, ik heb ALS

Trouw

Vechten tegen verbittering

Algemeen Dagblad

Garmt slaat keihard terug naar dodelijke ziekte ALS

PAUW

Garmt bij Jeroen Pauw

GIEL!

Garmt bij Giel Beelen

RabRadio

Garmt bij Paul Rabbering

Tot slot, een hoekje met zenboeddhistische dingen.

  • Een interview met ons clubblaadje, voorjaar 2014, waarin Maurice best goed mijn toenmalige gedachtes over Zen wist te beschrijven. Interview.
  • Een stukje voor hetzelfde clubblaadje, waarin ik wat losse gedachtes geef over Het Woord: Het Woord.
  • De beschrijving van mijn motivatie om zenbuddhist te worden: Jukai.
  • Een hapsnap verzameling van tekstjes en gedichten, alhier.
  • Ik gaf ooit een megalomaan praatje aan het einde van een rohatsu, in IZC De Noorderpoort. Bekijk het hier: Filmpje
  • Een stukje over het liefhebben van je lot: Amor Fati.

This website was made possible in collaboration with:

Scorpius Webdevelopment
Unleash The Monkey webdesign
Linelle Deunk photography
Hester Doove photographer
Nowsales hosting services
© Copyright - AlsDanToch | Credits
Scroll naar bovenzijde